Als bij de 20 weken echo blijkt dat de placenta mogelijk laag ligt dan willen we vaak rond 30-32 weken nogmaals naar de ligging van de placenta kijken om te zien of de placenta mooi is opgetrokken.

Tijdens de 20 weken wordt er gekeken of de placenta meer dan 2 cm van de baarmoedermond af ligt. In 85% van de gevallen is dit zo.
In het geval dat dit niet zo is, trekt de placenta gelukkig meestal nog op en komt zo verder van de baarmoedermond en dus van de uitgang af te liggen. Of dit inderdaad zo is wordt gecontroleerd tijdens de placentalokalisatie echo, zo rond de 30-32 weken zwangerschap.
Deze echo wordt altijd vaginaal gedaan. Uiteraard kijken wij ook nog uitwendig naar je kindje en zullen meestal ook de groei bekijken en het vruchtwater.
Als blijkt dat de placenta op het moment van de bevalling niet ruim voldoende (minimaal 2 cm) van de baarmoedermond afligt, moet het kindje via een keizersnede geboren worden.
Deze echo wordt vergoed door de verzekering.

Voor 3,50 euro maakt de echoscopiste aparte foto’s en beeldmateriaal voor je dat je ontvangt via je telefoon.